#168 Nieuwsbrief: De das en zijn burcht
De nieuwsbrief met 5 tips voor je natuur beleving.
Dassen in beeld
Dassen zijn de stille nachtwerkers van ons Nederlandse landschap. Dankzij wildcamera’s krijgen we nu een uniek kijkje in hun geheime leven: het ritselen voor hun burcht, de oprijzende zandwal en zelfs hun sociale interacties. Ontdek in deze nieuwsbrief hoe het écht gaat met de Europese das én hoe je ze zelf kunt vinden in de natuur.
Vooral dankzij de wildcamera kunnen we tegenwoordig meekijken met onze dassen (zie bijvoorbeeld https://www.boswachtersblog.nl/groningen/2025/04/25/ - even geduld, eerst komen vos, bosmuis, gaai , ree, duif haas, vink en eekhoorn nog even langs!). Je ziet ze “scharrelen” voor hun burcht, met daarvoor de typische sikkelvormige ophoging van weggewerkt zand voor de uitgang. Dat er inmiddels ook in Groningen weer zo’n 100 dassen in een dertigtal burchten leven geeft aan dat het de goede kant op gaat met de dassen in Nederland.
De schatting is dat in het hele land 2000 burchten zijn, met in totaal 7500 dassen. Toch niet zo veel, als je het vergelijkt met de populaties reeën en vossen, om maar wat grotere zoogdieren te noemen. Het verkeer eist wel een zware tol, zo’n vijftienhonderd dassen komen per jaar daardoor om. Maar verder is de situatie sterk verbeterd, er wordt al vele jaren in Nederland niet meer op dassen gejaagd, ook burchten zijn beschermd en de overlast is beperkt. De niet al te grote schade aan maisakkers en weilanden wordt vergoed. Des te merkwaardiger is het recente incident waarbij in de ingang van een vijftal burchten gif werd gestrooid.
Dat werd op tijd ontdekt, er vielen geen slachtoffers
Onze Europese das is een gezellig wezen, ze leven in kleinere tot grotere groepen samen in uitgegraven burchten die een enorme omvang kunnen nemen. Burchten gaan soms generaties lang mee en worden continu uitgebreid. Sommige burchten zijn zelfs al enkele honderden jaren in gebruik.
Ze worden over het algemeen gegraven tussen struiken en in heggen en houtwallen. De burcht heeft drie tot tien ingangen, die één tot tien meter van elkaar verwijderd kunnen liggen. Voor de ingangen liggen hopen aarde en oud nestmateriaal. De gangen zijn gemiddeld zo’n tien tot twintig meter lang en hebben een diameter van minstens dertig centimeter. De verschillende kamers worden bekleed met plantaardig materiaal, zoals varens, bladeren en droog gras. Dassen zijn nachtactief, ze gaan vooral af op hun reuk en gehoor, hun gezichtsvermogen is beperkt. Het zijn gespierde dieren, tien tot 15 kilo zwaar, goede gravers, niet al te snel maar met een vervaarlijke beet. Hun karakteristieke zwart-witte strepen op de kop worden wel als een waarschuwingssignaal gezien. Hun dieet bestaat voor een fors deel uit regenwormen en mais. Maar ze eten vrijwel alles wat voor de bek komt, eikels, fruit, noten, paddenstoelen, eieren, insecten maar ook soms muizen, mollen, jonge konijnen, en af en toe zelfs een vogel of een egel. Als middelgrote alleseter neemt de Europese das een handige plek in het ecosysteem in, al vier miljoen jaar lang. Tegen het moderne verkeer is de soort niet opgewassen, maar dankzij een beschermingsplan, waaronder het beschermen van burchten, gaat de das in Nederland een goede toekomst tegemoet.
Er is wel potentiële concurrentie, uit Amerika is de wasbeer ingevoerd, uit Azië de wasbeerhond, maar als exoten genieten die geen bescherming. Andere directe familieleden van de dassen wonen ver weg (zoals de Aziatische en de Japanse das) of behoren tot heel andere onder-families, zoals de Amerikaanse zilverdas, de Afrikaanse honingdas en de Aziatische varkens- en zonnedassen. Daarmee staat de aanduiding dassen voor een heel diverse groep van sterke, zwaargebouwde marterachtige dieren. Het zijn allemaal alleseters, goede gravers met korte poten, en lange graafklauwen, en ze hebben allemaal een opvallende gezichtstekening. Maar de enige sociale das is onze Europese das, die veilig de dag doorbrengen in hun burchten, en ’s nachts ongemerkt hun weg zoeken. Behalve dan als de wildcamera aanstaat.
5 tips: zie ik daar de sporen van een das of een dassenburcht?
Is het een dassenburcht?
In loofbosranden en houtwallen liggen halvemaanvormige hopen vers zand voor een burchtingang. Zie je ook wat oud nestmateriaal? Dan is de kans groot dat de bewoners nog actief zijn. Loop er met een brede boog omheen om verstoring te voorkomen; dassen vertrouwen op geur en zullen argwaan krijgen als je te dichtbij komt. Ook na zonsopgang, houd minstens 30-40 meter afstand en blijf muisstilSpeuren naar wissels en dassenhaar
Dassen volgen vaste routes tussen burcht en voedselveld. Smalle tunneltjes onder prikkeldraad of duidelijk uitgesleten paadjes verraden hun looplijnen. Vind je aan een prikkeldraad plukjes grof zwart‑wit haar? Dan komt hier regelmatig een das langs.
Pootafdrukken in de modder
Frisse pootafdrukken met vijf tenen en een langwerpige zool onderscheiden de das van vos of hond. Combineer dit met krabsporen in de zachte oever en je hebt een recent “bezoekbewijs”. Fotografeer de afdrukken om later te determineren. De beste beschrijvingen vind je in “het Prentenboek” van René Nauta en Aaldrik Pot.Waarnemingen via de wildcamera
Kijk op het internet naar wildcamera-opnames, bijvoorbeeld die van Staatsbosbeheer (https://www.boswachtersblog.nl/groningen/2025/04/25/). Als je zelf een camera wilt plaatsen, bijvoorbeeld gericht op een wissel met verse sporen, richt dan de camera op 20 cm hoogte en gebruik een infraroodflits (940 nm) voor minimale verstoring. Laat het apparaat minstens een week hangen. Je zult wel meer te zien krijgen dan alleen maar dassen!Check en plaats waarnemingen op de site waarneming.nl
Bekijk eerder waarnemingen bij jou in de buurt, filter op “das” en bijvoorbeeld op de provincie waar je bent. En voeg als je zeker bent van je eigen waarneming die toe aan de site.Wil je méér verhalen horen over onze natuur of wetenschap? Abonneer je op de Menno & Erwin Podcast en volg onze Substack voor wekelijkse natuurupdates en wandelinspiratie. Luister en meld je aan via mennoenerwin.nl/ – zo mis je geen enkele aflevering! Hier de aflevering over de das en zijn burght